Wat is de beste inspanningstest voor wielrenners?

We stelden deze vraag aan Rien van der Dussen, inspanningsfysioloog:
Er wordt vaak gevraagd welke test nu beter is, een FTP test of een ergospirometrie test. Hieronder bespreek ik kort wat deze tests nu inhouden en wat de voordelen en beperkingen van beide testen zijn.

Deze test wordt ook wel een een maximaaltest genoemd, je doet dit op een fietsergometer met een gezichtsmasker. Hierdoor wordt ademgas (O2 en CO2)  gemeten tijdens het fietsen waarbij je steeds meer vermogen gaat leveren. Op basis van de verhouding van deze ademgassen, in combinatie met ademfrequentie, teugvolume en hartslag kan een zeer nauwkeurig beeld worden gekregen van de verschillende energy systemen die gebruikt worden tijdens inspanning.

Anders gezegd, bij welke inspanning (hartslag en/of vermogen) verbrand je vetten en wanneer koolhydraten.
Ook krijg je een nauwkeurig beeld wanneer je : aerobe systeem (verbranding met zuurstof) en je anaerobe systeem (zonder zuurstof) bijdraagt aan de energielevering. We bepalen op basis hiervan de aerobe trainingsdrempel (VT1) en de anaerobe trainingsdrempel (VT2).

Wanneer je deze drempels toepast in je trainingsschema als wielrenner krijg je de best afgestemde fietstrainingen en het beste resultaat. Hiernaast krijg je een goed beeld van je maximaal vermogen. Ook zie je de VO2 max wat aangeeft hoe goed je maximale zuurstofopname is, dat is de belangrijkste prestatiebepalende factor bij duursporters. Deze maat zie je ook in ml/kg/min waardoor je een beeld krijgt of je meer een klimmer bent of juist op de vlakke weg goed kunt presteren. Je aerobe vermogen en je anaerobe vermogen geven beide een beeld wat voor wielrenner je bent, een anaerobe renner (sprinter, intervaller) of meer een stayer/tijdrijder (aerobe renner). Daarom kan ik wel concluderen dat deze test heel waardevol is voor de serieuze wielrenner

FTP staat voor Functional Threshold Power. Met andere woorden, hoe lang kun je een bepaald vermogen volhouden op de fiets. Deze test kan in het laboratorium maar wordt doorgaans gewoon buiten op de eigen fiets (veldtest) met vermogensmeter uitgevoerd. Je fietst 20 minuten zo hard als je kunt met continue hoog vermogen. Na afloop neem je 95% van dit vermogen en dat noteer je als testresultaat, je FTP.

Wat zegt een FTP?

Dit is functioneel gezien het vermogen wat je een uur voluit fietsend vol zou moeten kunnen houden. Het zegt niets over welk energiesysteem je gebruikt en/of hoeveel je verzuurt. Alleen hoe lang je dit vermogen kan volhouden. Daarnaast lukt het in de praktijk lang niet iedereen om 95% van je 20 minuten maximum een uur vol te houden. Deze uitkomst wordt doorgaans genomen als vermogen bij de 2e trainingsdrempel dus zoals waar bij de ergospirometrie test de VT2 wordt gehanteerd. Het kan, maar het is lang niet zo nauwkeurig en zegt alleen iets over een functionele drempel.

Zowel een FTP test als een ergo spirometrie test kunnen worden gebruikt om trainingsdrempels vast te stellen. Een ergo spirometrie test geeft daarnaast inhoudelijk veel meer informatie over gebruikte energie systemen, je bepaalt dus ook bijvoorbeeld de aerobe (VT1) drempel en maximaal waarden. Bij de FTP test wordt de aerobe drempel vaak geschat als een percentage van de FTP. Dit kan maar is vrij onnauwkeurig. Het percentage waarop je aerobe drempel zich verhoudt tot de anaerobe drempel is namelijk zeer individueel en afhankelijk van o.a. spiervezeltype, getraindheid, enz. Een FTP test is goedkoper en zou je (mits je een vermogensmeter hebt) zelf kunnen doen, de uitslag is wel zeer beperkt. Een ergo spirometrie test is nauwkeuriger en geeft veel meer informatie over hoe je lichaam werkt en wat je drempels zijn. Hierbij is deze test ook uitstekend geschikt om je vooruitgang te meten.

Benieuwd waar jij staat? Check de website voor meer informatie over onze inspanningtesten!